Kenia (Afrika)

Kenia is een prachtig land, als je van dieren houden, meer speciaal van the big five. Dat zijn de Afrikaanse olifant, de leeuw, de luipaard, de zwarte neushoorn en de kafferbuffel. We hebben ze op een week tijd alle vijf gezien. Als je geluk hebt, kan dat dus, zelfs op een dag. Je kan echter een maand rondtoeren zonder ze alle vijf gezien te hebben. Er zijn vele nationale parken. Als je Kenia binnenrijdt vanuit Tanzania (in het zuiden), dan is het eerste park het Amboselli National Park. Daar kan je mooie zichten hebben met de Kilimanjaro op de achtergrond. Dat wil zeggen wanneer de mist geen roet in het eten strooit. Wanneer je vandaar naar het westen rijdt, kan je het Maasai Mara National Reserve vinden. Dat is het grote nationale park dat in Kenia de grens vormt met Tanzania, waar datzelfde park verderloopt, maar de naar Serengeti krijgt. Elk jaar in onze zomermaanden kan je daar op zoek gaan naar de grote trek. Miljoenen dieren  zoals zebra's en gnoes zijn dan op zoek naar eten en drinken en steken de Mara rivier over waar er voldoende krokodillen op de loer liggen die wel zo'n hapje lusten.

Kenia biedt ook onderdak aan vele stammen, die soms in oorlog zijn met mekaar en dan kan het wel spannend worden. De Maasai zijn waarschijnlijk de beroemdste en meest voorkomende. Er zijn ook kleine stammen zoals Samburu, Kikuyu, Theraka, El Molo, Turkana en nog zoveel meer. De legende wordt verteld dat de Maasai en de Samburu oorspronkelijk van dezelfde familie afkomstig zijn. Later hebben hun wegen zich gesplitst en de Maasai werden veehouders, terwijl de Samburu jagers werden.

Tip: Wanneer je de weg naar het noorden neemt, kom je in een onmetelijke woestijn waar je het noorden echt wel kan kwijtraken. Het is nochtans de moeite om tot aan het Turkanameer te rijden en er de kamelen te bewonderen, want die vind je er ook.

Allemaal beestjes

Onze producten : het fotoboek Kenia & Tanzania, de postkaarten en het magazine van de Big Five